Hijskranen en takels leveren je (productie)proces veel op. Ze verhogen de efficiency, de productiviteit en het werkcomfort voor medewerkers. Tegelijkertijd zijn er ook de nodige risico’s, weet ik uit ervaring. Om hier veilig mee te werken, zijn er een aantal belangrijke uitgangspunten waar je rekening mee kunt houden. In deze blog vertellen we hoe je veilig werkt met kranen en takels.
Als je werkt met een kraan zijn er een aantal zaken waar je op moet letten. Positioneer de kraan altijd recht boven en in het midden van de last. Zo voorkom je dat de last gaat slingeren zodra je gaat hijsen. Het hijsen is niet anders dan een verticale beweging. Scheef hijsen is uit den boze. Voorkom beschadigingen van de staalkabel/ketting en controleer altijd of de noodstop werkt.
Hijskranen en takels bedienen
Voordat je met een kraan aan de slag gaat, is het noodzakelijk om te bepalen wat je precies gaat doen. Neem hierbij ook je omgeving mee. Welke invloed hebben je werkzaamheden op de directe omgeving? Als je dat in kaart hebt gebracht is het tijd om te checken of alle beveiligingen goed functioneren. Hierbij is de noodstop met name erg belangrijk. Als deze niet goed werkt, mag je namelijk niets met een kraan of takel doen!
Wil je meer weten of werken met hijskranen en takels?
Bij Mennens adviseren we je graag over de juiste toepassing voor jouw situatie.
Veilige positie
Om je eigen veiligheid tijdens het hijsen te waarborgen, zorg je uiteraard voor de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM). Daarnaast kies je een veilige en strategische positie ten opzichte van de kraan of takel, en de werklast. Stel dat een ketting knapt of de staalkabel van de lier knapt, dan valt de last niet altijd recht naar beneden. Soms kan de last onder een bepaalde hoek naar beneden vallen. Houd hier dan ook rekening mee bij het innemen van je positie. Bedenk daarbij het belangrijkste: er mag nooit iemand onder de last staan of lopen! Ook niet als een kraan of takel niet wordt bediend. Zorg dat je altijd vooruit beweegt en altijd afstand houdt van de last. Loop nooit achteruit terwijl je de last verplaatst.
Knoppenkast of radiografisch besturen
Als je werkplek in orde is, kun je de kraan gaan bedienen. Dit kan met een standaard knoppenkast met een kabel eraan of met een radiografische afstandsbesturing (RAB). Met de bediening heb je verschillende mogelijkheden in snelheid. Gebruik de lage snelheid terwijl je begint met hijsen, katrijden of kraanrijden. Daarna kun je de snelheid eventueel opvoeren. Zo voorkom je een enorme piekbelasting in de hijsmiddelen. Ook voorkom je zo een schokkende beweging in de kraan. Rustig beginnen is veiliger en werkt uiteindelijk ook sneller.
Geleidelijk hijsen
Bij werkzaamheden met hijskranen en takels is het belangrijk om geleidelijk te werk te gaan. Het is belangrijk om je tot één beweging per keer te beperken, zodat je overzicht houdt.
Wat betreft overzicht mag je de last tijdens het verplaatsen/hijsen absoluut niet uit het oog verliezen. Zeker ook voor de veiligheid van je collega’s. Om dit te garanderen is het belangrijk om afspraken met ze te maken, zodat ze weten waar ze aan toe zijn. Wat ga je precies doen? Heb je hier hulp bij nodig? Het kan bijvoorbeeld zijn dat je zo’n grote last hebt, die je met meerdere mensen moet sturen. Dan kun je eventueel gebruikmaken van stuurlijnen zodat je afstand kunt houden van de last.
Alleen verticaal hijsen
Verder is het belangrijk om te weten dat je met een kraan of takel alleen een verticale beweging kunt maken. Dus niet proberen om een last onder de kraan te slepen.
Door het hijsen onder een hoek of het slepen van de last, kan er schade ontstaan aan de staalkabel en-of de draadgeleider. Dit zijn cruciale onderdelen van een takel. De staalkabel wordt door de draadgeleider bovenop de trommel op de juiste positie gedwongen. Deze onderdelen kunnen gemakkelijk stuk gaan als je onjuist werkt. Als deze beschadigd raken, wordt het enorm risicovol om met een kraan te werken.
Kennisdossier Veilig Hijsen
Hijsgereedschappen en -middelen correct gebruiken. Lasten aanslaan. Controle, inspectie en keuring. Hoe doe je dit veilig en verantwoord?